Eindtermen Spetterles
Te water gaan
Zelfstandig springen in het ondiepe en diepe.
Onder water gaan
Het onder water verplaatsen en kunnen oriënteren door te kijken en uit te blazen. Iets kunnen oppakken van de bodem op circa 0.80 cm
Drijven
Afzet van de kant, 8 tel uitdrijven op de borst
Afzet van de kant, 8 tel uitdrijven in rugligging
8 tel ontspannen drijven op de rug, 8 tel drijven buik
Draaien
Draaien van de buik naar de rug en van rug naar de buik
Survival
Op de mat klimmen en afspringen. Over en onder de rol rollen
Ademhaling
Bellen blazen aan de oppervlakte en onder water blazen’
Voortbewegen borstcrawl
Vanuit borstligging voortbewegen met spetterbenen met gezicht in het water
Voortbewegen rugcrawl
Vanuit de rugligging voortbewegen met spetterbenen
Eindtermen Blauwe Dolfijn
Te water gaan
Zelfstandig springen in het water vanaf de kant in diep en ondiep water.
Onder water gaan
Het onder water verplaatsen en kunnen oriënteren door te kijken en uit te blazen. Door een duikscherm zwemmen in ondiep water.
Drijven
Afzet van de kant 10 tel uitdrijven op de buik met gezicht in het water
Afzet van de kant 10 tel uitdrijven in rugligging
10 tel ontspannen drijven op de rug, 10 tel drijven buik zonder afzet van de kant
Draaien
Draaien van buik naar de rug en van de rug naar de buik
Survival
Op de mat klimmen en afspringen en diverse springvormen in diep en ondiep, waarbij veel uitdaging wordt gevraagd aan de kinderen
Ademhaling
Uitblazen onder water. Uitblazen bij het sluiten van de benen bij de rugslag
Borstcrawl
4 meter flipperbenen met het gezicht in het water
Rugcrawl
4 meter flipperbenen, waarbij een vrije ademhaling is te zien
Rugslag
Juiste beenslag op de rug met een goede voetenstand met de knieën onder water. Zonder hulpmiddelen waarbij een duidelijke enkelvoudige rugslag terug is te zien. De 2-tak wordt aangeleerd met woordkeus kikkertenen, onder je kontje, rondje, plak.
Schoolslag
Juiste beenslag op de buik met een goede voetenstand met het gezicht in het water. De 2-tak wordt met woordkeus kikkertenen, onder je kontje, rondje, plak.
Eindtermen Groene kikker
Te water gaan
Zelfstandig springen in het water, kennis maken met diverse springvormen in diep water. Juiste uitvoering van een rechtstandige sprong van de lage kant in het diepe (pietje potlood)
Onder water gaan
Het onder water verplaatsen over enige afstand en zich goed kunnen oriënteren door te kijken en uit te blazen, onder een mat door zwemmen.
Drijven
Afzet van de kant, 10 tel uitdrijven op de borst
Afzet van de kant, 10 tel uitdrijven in rugligging
10 tel ontspannen drijven op de rug, 10 tel drijven buik
Draaien
Draaien van de buik naar de rug en van de rug naar de buik. Draaiing lengteas. Draaien om de breedte as
Survival
Klimmen en afspringen en diverse springvormen in diep en ondiep
Ademhaling
Uitblazen onder water. Uitblazen bij het sluiten van de benen bij de rugslag. Uitblazen bij het uitdrijfmoment schoolslag. Kennismaken met zijwaartse ademhaling borstcrawl.
Borstcrawl
6 meter flipperbenen met gezicht in het water en een duidelijke armcrawl beweging. Een continue blijvende beenbeweging.
Rugcrawl
6 meter flipperbenen met gestrekte armen. Een continue blijvende beenbeweging.
Rugslag
Juiste beenslag op de rug met een goede voetenstand met de knieën onder water. Zonder hulpmiddelen waarbij een duidelijke enkelvoudige rugslag is te zien zowel diep als ondiep.
Handen in de zijde, liefst met een uitdrijfmoment.
Schoolslag
6 meter juiste schoolslag in diep water zonder hulpmiddel
Watertrappen
20 seconden watertrappen in diep water waarbij je steeds op dezelfde plaats blijft.
Eindtermen Oranje Vis
Te water gaan
Rechtstandig springen in het water en helemaal ondergaan (pietje potlood). Kennis maken met het duiken bij voorkeur een kopsprong te water
Onder water gaan
Het onder water verplaatsen over enige afstand van 3 meter en zich goed kunnen oriënteren door te kijken en uit te blazen waarna er door het duikscherm gezwommen wordt.
Drijven
Afzet van de kant en gestrekt 8 tel uitdrijven op de borst, stukje verplaatsen en gestrekt 5 tel drijven.
Afzet van de kant en gestrekt 10 tel uitdrijven rugligging, stukje verplaatsen en 8 tel drijven.
Draaien
Draaien van de buik naar de rug en van de rug naar de buik. Draaiing lengteas. Draaien om de breedte as. Onder water draaien om lengteas
Survival
Klimmen, springen, glijden, slingeren van diverse materialen
Ademhaling
Uitblazen onder water. Uitblazen bij het sluiten van de benen bij de rugslag. Uitblazen bij het uitdrijfmoment schoolslag. Kennismaken met (zijwaartse) ademhaling borstcrawl.
Borstcrawl
8 meter flipperbenen met gezicht in het water en een duidelijke armcrawl beweging. Een continue blijvende beenbeweging in diep water. Kennismaken met (zijwaartse) ademhaling borstcrawl.
Rugcrawl
8 meter flipperbenen met gestrekte armen. Een continue blijvende beenbeweging
Rugslag
30 meter ononderbroken technisch goed uitgevoerde enkelvoudige rugslag met uitdrijfmoment en handen in de zij.
Schoolslag
30 meter ononderbroken technisch goed uitgevoerde schoolslag met uitdrijfmoment en juiste ademhaling.
Watertrappen
30 seconden watertrappen in diep water waarbij je steeds op dezelfde plaats blijft.
Diploma B (Krokodil)
Onderdeel Survival (gekleed zwemmen)
Achterwaarts van een mat af vallen, 15 seconden watertrappen, 50 meter zwemmen met in baan 1 onder een blauwe mat zwemmen. Via het touw het bad uit klimmen.
Onderdeel onder water oriëntatie
Vanaf de kant duiken, en gevolgd door (zonder boven te komen) door het duikscherm zwemmen op en afstand van 6 meter.
Onderdeel conditie zwemmen
25 meter schoolslag (techniek)
25 meter rugslag (techniek)
25 meter schoolslag (conditie)
25 meter rugslag (conditie)
25 meter schoolslag (conditie)
25 meter rugslag (conditie) met 2 x een twister (2x ½ draai rug – buik en van buik naar rug)
Onderdeel crawl
10 meter borstcrawl
10 meter rugcrawl
Onderdeel vertrouwd voelen in het water
Te water gaan, 15 seconden drijven rug, 5 meter hoofdwaarts voortbewegen richting een drijvend voorwerp en 20 seconden drijven (helphouding)
Onderdeel boven water oriënteren en verplaatsen
Te water gaan en 60 seconden watertrappen (met gebruik van armen en benen, verplaatsen in meerdere richtingen en 1x pietje potloodKenmerkend lessen diploma B is dat er wordt gezwommen volgens het afzwemprogramma, Verzwaring van de zwemslagen door kleding. Afstanden worden uitgebreid. Voldoen de kinderen aan de eindnormen dan zal er worden afgezwommen voor het B diploma.
Diploma C (Octopus)
Onderdeel Survival (gekleed zwemmen)
Te water met een rol voorover, 15 seconden watertrappen, 30 sec verticaal drijven (help houding) en aansluitend 5 meter voortbewegen op de rug (wrikken)
Te water gaan met hurksprong, 100 meter zwemmen (1x onder de mat zwemmen en 1x over de mat zwemmen, uit het bassin klimmen via het touw.
(jas uit), te water , aanzwemmen en door het duikzeil zwemmen
Onderdeel onder water oriëntatie
Vanaf de kant duiken, en gevolgd door (zonder boven te komen) door het duikscherm zwemmen op en afstand van 6 meter en boven komen in het wakzeil.
Onderdeel conditie zwemmen
75 meter schoolslag (techniek), 1 x hoekduik
75 meter rugslag (techniek)
Onderdeel crawl
15 meter borstcrawl
15 meter rugcrawl
Onderdeel boven water oriënteren en verplaatsen
Te water gaan en 30 seconden watertrappen (met gebruik van armen en benen, verplaatsen in meerdere richtingen.
15 seconden drijven op de rug
30 seconden watertrappen met alleen de benen.